In de tweede helft van de jaren tachtig werd ik de leider van het Nationaal Surinaams Bevrijdingsleger, beter bekend als het Junglecommando (JC).

Toen ik met de acties tegen het militaire dictatuur begon, handelde ik op verzoek van de Raad voor de Bevrijding van Suriname in ballingschap. In deze Raad bevonden zich o.a. een voormalige President en diverse andere top politici van de republiek Suriname. In 1986 kreeg ik 17.000 gulden van de Nederlandse bevrijdingsorganisaties waarmee we naar het Surinaamse buurland Frans-Guyana trokken. Hier werden wapens en andere benodigdheden gekocht, waarmee aanvallen uitgevoerd kon worden om het land van Dictatuur te bevrijden.

In 1992 kwam er definitief een einde aan de Binnenlandse Oorlog door de ondertekening van het Koeroe akkoord, dat bekrachtigd is door de President, de Regering, de Assemblée en de Binnenlandse Dignitarissen.

Dankzij deze strijd is er vandaag aan de dag weer sprake van democratie in Suriname.